Een uitspraak van een Europees hof zou de pogingen van Litouwen om de promotie van online kansspel te beperken kunnen ondermijnen door te bepalen dat recente wijzigingen in de kansspelwetten van het land niet afdwingbaar zijn vanwege procedurele tekortkomingen.
In een zaak die online kansspeloperator Unigames aanspande tegen de Litouwse kansspeltoezichthouder, oordeelde het Hof van Justitie van de Europese Unie (HvJ-EU) dat Litouwen de Europese Commissie niet op de juiste wijze op de hoogte had gesteld van wijzigingen in haar kansspelwetgeving, waardoor de wijzigingen niet afdwingbaar waren tegenover economische operatoren.
Het hof zei: Een schending van de meldingsplicht en vormt een substantieel procedureel gebrek in de vaststelling van de betreffende technische voorschriften en maakt die technische voorschriften niet van toepassing, zodat ze niet afdwingbaar zijn tegenover individuen.
Het geschil concentreerde zich op de Litouwse wijziging van artikel 10(19) van haar kansspel wet uit 2021, die het verbod op het aanmoedigen van kansspeldeelname uitbreidde tot elke vorm en op welke manier dan ook van promotie en de toezichthouder had Unigames een boete van € 12.662 opgelegd voor uitlatingen op haar website die werden geacht kansspeldeelname aan te moedigen.
Het HvJ-EU oordeelde dat de gewijzigde bepaling een technische regeling vormt volgens het EU-recht, met name een regel inzake diensten die gericht is op diensten van de informatiemaatschappij en volgens het Hof was Litouwen verplicht de Commissie in kennis te stellen van de wijziging op grond van Richtlijn 2015/1535, die kennisgevingsprocedures voor technische voorschriften vaststelt.
Het arrest volgt de vaste EU-jurisprudentie dat technische voorschriften die niet op de juiste wijze aan de Commissie zijn gemeld, niet afdwingbaar zijn tegenover individuen en bedrijven en het Hof benadrukte dat dit beginsel niet alleen geldt voor nieuwe voorschriften, maar ook voor belangrijke wijzigingen van bestaande voorschriften.
De zaak keert nu terug naar het Hooggerechtshof voor Bestuursrecht van Litouwen, dat de interpretatie van het HvJ-EU moet toepassen bij het bepalen of de boete die aan Unigames is opgelegd, moet worden vernietigd.
